Liesbeth Swinnen studeerde aan het St. Lucaspaviljoen te Antwerpen waar zij afstudeerde met grote onderscheiding en er alle eerste prijzen van de jury en de bijhorende wedstrijden behaalde.
Een hoogst opmerkelijke persoonlijkheid die op een eigenzinnige manier alle tegenstellingen in zichzelf in één rechte lijn weet te leiden, en wat voor één!
Chique en speels.
Chaotisch en kleurrijk maar ook rustig en kleurloos.
Gehard en toch zacht, zichzelf begrijpend in een kleurenpracht.
Zo is zij.
Zo zijn haar werken
Welkom in de wereld van Liesbeth Swinnen.
Liesbeth Swinnen
Hasselt °09-01-1965.
Zij studeerde aan het St. Lucaspaviljoen te Antwerpen waar zij afstudeerde met grote onderscheiding en er alle eerste prijzen van de jury en de bijhorende wedstrijden behaalde.
Na een razend drukke job in de designerswereld werd zij ziek. Hoog vliegen en laag vallen werd een tijd lang de rode draad in de zoektocht naar zichzelf en het overleven in deze - voor haar althans - boeiende maar bizarre wereld.
Die zoektocht heeft ondertussen wel heel wat resultaten opgebracht;
- een hoogst opmerkelijke persoonlijkheid die op een eigenzinnige manier alle tegenstellingen in zichzelf in één rechte lijn weet te leiden, en wat voor één ! -
Chique en speels.
Chaotisch en kleurrijk maar ook rustig en kleurloos.
Gehard en toch zacht, zichzelf begrijpend in een kleurenpracht.
Zo is zij.
Zo zijn haar werken.
De uiteenlopende stijlen van enerzijds figuratief & abstract acryl op doek en anderzijds portretten en maskers in aquarel en inkt getuigen van de grote harmonie tussen Liesbeth en haar werken. Het ‘lijkt’ moeilijk te achterhalen wie ze is want ze geeft de indruk geen kleur te bekennen. En toch, ze doet niet anders. Ze ‘is’ gewoon kleur.
Liesbeths schilderijen hoeven weinig uitleg, ook al vormen ze een heel verhaal, en heeft Liesbeth de wereld van vandaag heel wat te vertellen. Menig toeschouwer kijkt verbijsterd, verbluft, getroffen en menigmaal geamuseerd naar de veelzijdige pracht van haar werken. Het ene doek een zwierig kleurenfeest, heldere uitspattingen, hilarisch bijna, het andere met harmonieuze sobere tinten, stijlvol en ingetogen. „Die ogen” zei laatst iemand. „ Ik moet er steeds weer naar kijken.“
Wat is de voedingsbodem van al dat geweld? Hoe Liesbeths schilderijen tot stand komen weet alleen zijzelf: de muze is onverbiddelijk, onvoorspelbaar, heftig. Doorstane emoties en ervaringen zijn de coffeïne en leveren de krachtige inspiratie. Met aangepaste muzikale begeleiding zet Liesbeth haar sensaties om in krachtige lijnen, en een subliem kleurenpalet.
De wereld rondom Liesbeth wordt in haar atelier een droomwereld: een mix van euforie en bedreiging, ze tekent vanuit haar eigen angsten, onrust en onzekerheid. Zoals schrijvers in hun pen kruipen om hun verhaal neer te pennen, zo duikt Liesbeth in de beslotenheid van haar atelier, waar de gevoelens nog nazinderen.
Om de werken echt te begrijpen moet je enigszins haar geschiedenis kennen waar ze heel af en toe over vertelt (en schrijft): littekens uit haar verleden verwerkt ze in haar doeken. Melancholie, twijfel, zelfbedrog, eenzaamheid, verslagenheid en angst komen sterk tot uiting. Tegelijk staan positieve gevoelens centraal in haar werken: joie de vivre, hoop, vertedering, vriendschap en liefde, en uiteindelijk het ironische en energieke terugslaan naar die wereld die bijna haar ondergang werd.
Haar doeken zijn iconen van onze samenleving, niet beschuldigend, niet kwetsend, maar hun onschuld en kwetsbaarheid is contradictorisch: Een parodie op onze zelfingenomene cultuur, en zoals altijd: met een knipoog!
D. Baekelant
‘Je kan jezelf nooit beschrijven zoals iemand anders dat kan’, dat dacht ik bij een gedicht over een schilderij van mezelf. Ik ben bij het lezen van dat gedicht even moeten gaan zitten, zeg maar achterovergevallen. Het leven van iemand anders, dat van mij in dit geval, is heel eenvoudig, in al zijn ellende zelfs nog mooi, zo blijkt. Ik was erg geschrokken, dat de compositie van een aantal woorden heel mijn leven kon samenvatten. Ik werd met dat gedicht gewoon herleid tot een paar essentiële woorden van een dichter!
Kunstboeken beginnen vaak met een tekst over de kunstenaar, geschreven door een al dan niet bekend persoon. Wie gaat nu in enkele woorden omschrijven wie ik ben en over wat mij beweegt om te schilderen? Iedereen zal een andere visie hebben. En wat is dan de waarde van deze woorden? Eerlijk gezegd, het is wel fijn als mensen zoveel moois over je schrijven, maar dat is niet altijd even gezond voor jezelf, en het commentaar van mensen die je werken niet mooi vinden, dat publiciteer je natuurlijk niet!
Wat heb je aan een ellenlange opsomming van data en plaatsen waar ik overal tentoongesteld heb? Je zal dan waarschijnlijk wel ‘wauw’ zeggen, maar de inhoud van de opsommingen stelt weinig voor, geloof me. Voor mij hoort mijn werk maar op één plaats thuis, en dat is bij degene die verliefd werd op het werk. Daar hangt het ‘mooi’ te zijn omdat het graag gezien wordt!
Ik was nog heel jong (in leeftijd) toen de mensen rond mij opmerkten: ‘ze heeft kunstenaarsbloed’. Ik begreep daar niets van, maar vanaf toen zou ik halsstarrig weigeren om kunstenaar te worden - wat dat woord ‘kunstenaar’ ook mag betekenen. Velen drongen er op aan om als studierichting zeker ‘kunst’ te volgen. Net daarom weigerde ik natuurlijk - ik kon niet verdragen dat ik in een richting werd geduwd. Overigens voor kunstenaar kan je niet studeren. Dat dacht ik 25 jaar geleden en daar ben ik vandaag nog steeds van overtuigd. Ik koos dan maar voor het gerespecteerde ‘publiciteit en grafisch design’. In het lessenpakket zaten ook de noodzakelijke tekenvakken zoals model- en natuurtekenen. Ook van huize uit werd deze studierichting gestimuleerd. M’n vader was bankdirecteur, een keurige job met mooie status en een grote ‘zekerheid’. Ik slaagde met grote zwier en succes.
De liefde - of zal ik zeggen een aantal amoureuze affaires? - had ik opzijgeschoven. Dat was toch niets dan ellende! Ik ging dan maar de ‘carrière-vrouw’ spelen en veel geld verdienen. Ik startte zelfstandig een design bureau. Dat ging heel erg goed. Ik werkte dag en nacht.
Eerlijk zijn was altijd het sleutelwoord in mijn leven. Maar hoe kan je nu in de reclamewereld eerlijk zijn? Daar mòet je liegen, hoe meer hoe liever! Dan maar een masker opzetten. Dat zou wel lukken, want ik wilde en zou mijn doel bereiken. De maffia-reclamewereld - het vele geld en het grote succes - werden overschaduwd door leugens en maskers.
-Welke prijs betaalt een mens eigenlijk voor een ticket om in ‘het circus’ binnen te geraken, om erbij te horen? Het circus, dat bestaat uit show en trucs, uit bedrog eigenlijk. Maar veel mensen willen niets liever dan belogen en bedrogen worden. Anderen liegen en bedriegen liefst zelf. Sommige mensen zijn daar heel geniaal in, gevaarlijk zelfs. Die kunnen je zo beïnvloeden dat je er gek van wordt. Je wil water drinken maar ze geven je wijn en je drinkt hem nog op ook, want er hangt altijd wel een verhaal aan vast, wat wel eens waar zou kunnen zijn. En zo draait de mallemolen. Maar wat voor een clown ben je dan? Eentje om mee te lachen in elk geval, van ellende weliswaar. -
Ik werd er ziek van, zowel letterlijk als figuurlijk. Het werd zo erg dat ik het aan mijn hart kreeg. En dat was het dan, wat ik had bereikt op mijn 33ste. Het herstel ging moeizaam. Maanden en maanden gingen voorbij en ondertussen begon ik te schilderen over de dingen die ik ervaren had, ik had geen keuze, ik moest schilderen. Velen stellen zich hierbij een uitermate romantische bezigheid voor, maar dat is helemaal niet zo, dat kan ik je verzekeren! Dat was en is de enige manier voor mij om te zeggen wat ik al dan niet te zeggen had en heb maar niet kan zeggen. Begrijp je?
Nee, ik heb niets met de clowns van het echte circus. Ik heb het over ons. Over de maskers die we dragen. Maar dat is niet per definitie negatief. We moeten ons noodgedwongen beschermen, want we zijn kwetsbaar en de wereld is onherbergzaam. Je kan ook niet blijven gebukt lopen onder de tegenslagen in je leven. Maar, je kan ze ook niet uitwissen. Een clown is dé aangewezen persoon om dit te bevestigen. The show must go on. Ik denk dat ik nooit uitgefantaseerd zal geraken over wat voor een clowns wij allemaal zijn, in wat voor een circus wij leven!
Ik zat lang op de eerste rij - en bij momenten nog - want er is vaak maar één plaats vrij. Maar het leven is nu van mij, de rest is voorbij.
Liesbeth